Door: Petra van Eck

Maak je tuin beter bestand tegen klimaatverandering

Het weer wordt steeds veranderlijker, dan weer is het te droog, en dan weer is het te nat. Hoe kunnen we onze voedseltuinen klimaatbestendiger maken? Hier volgt een aantal manieren om je tuin klimaatproof te maken.

Zorg voor een gelaagde beplanting

Door een beplanting in lagen van laag naar hoog ontstaat er een microklimaat in de tuin. Hierdoor blijft het koeler en ontstaat er een grotere biodiversiteit. Voorbeelden van lagen van beneden naar boven zijn onder andere:
– wortelgewassen zoals pastinaak en mierikswortel
– laag blijvende planten zoals aardbei en kruiptijm
– kruiden en groenten zoals mint en rabarber
– struiken zoals aalbes en framboos
– bomen zoals kastanje, walnoot of appel.
Tenslotte kunnen er langs de bomen klimmers groeien, zoals kiwi, druif of hop.

Verzamel regenwater

Door regenwater te verzamelen en aan de planten te geven kun je leidingwater sparen. Regenwater kun je bijvoorbeeld opvangen door regenpijpen af te koppelen en het water in regentonnen op te vangen. Ook kun je regenwater ondergronds opvangen, bijvoorbeeld in een infiltratiekrat. Het water wordt hierin vastgehouden en weer langzaam aan de bodem afgegeven. Of plaats een grote waterbak onder de grond waaruit je water oppompt om de tuin te sproeien.
Door tegels en andere verharding te verwijderen kan water wegzakken in de grond en zo het grondwater aanvullen. Met een goede grondwaterstand kunnen planten zelf met hun lange wortels water ophalen. Tip: besproei je planten liever één keer per week langdurig dan dagelijks een beetje. Planten zullen daardoor hun wortels dieper laten groeien om bij het water te komen en zijn zo beter bestand tegen droogte.

Als je nog een leeg dak hebt kun je overwegen een groen dak aan te leggen. Naast dat je de waterafvoer hiermee vertraagt en water opslaat, heeft het ook een isolerende werking. De planten op het dak dragen ook bij aan de vergroening van je tuin en ze trekken allerlei bestuivers aan.

De wortels van bomen en struiken zorgen ervoor dat de bodem open en luchtig blijft, waardoor water kan worden vastgehouden (spons effect). Bomen en struiken zorgen ook voor schaduw, wat verdamping tegen gaat. Tevens vinden bijvoorbeeld vogels het heerlijk als ze in dicht struikgewas kunnen schuilen en nestelen. En ze kunnen terloops plaaginsecten opruimen.

Maak ruimte voor regenwater met een vijver of wadi. Deze kunnen een hoop water opvangen. Zorg dat je vijver of wadi op het diepste punt ligt van je tuin, zodat het overtollige water daarheen loopt. Een vijver zorgt ook voor een plaatselijk wat gematigder atmosfeer; vergeleken met lucht warmt water langzamer op en koelt ook weer langzamer af. Tuiniers in de vorige eeuw maakten hier al gebruik van en zetten waterbakken in hun kassen om ’s zomers de lucht af te koelen en in de winter de strengste vorst te weren.

Maak je planten weerbaarder

Niet alleen door slim water geven, maar ook door anders te bemesten worden planten weerbaarder. Stikstofrijke voeding stimuleert zachte, groene aanwas die gevoelig is voor verlepping, zonnebrand en vorstschade. De planten worden ook gevoeliger voor ongedierte en ziekten. Maar kaliumrijke mest, zoals bijvoorbeeld tomatenvoeding, maakt planten sterker.

Algemene tips

Houd bij de groenteteelt rekening met je bodem: gewassen als kolen en aardappelen groeien liever op kleigrond. Gewassen als sla en pompoenachtige groeien liever op zandgrond.

Zorg dat de bodem altijd bedekt is met één of ander gewas. Dit zorgt ervoor dat de bodem minder snel uitdroogt en de planten voeden tevens het bodemleven. Ook mulchen zorgt ervoor dat de grond minder snel uitdroogt.

Bronnen:

www.Gardenersworldmagazine.nl; afbeelding: www.commonswikimedia.org