Zomerklus in de voedseltuin: zomersnoei

Door: Petra van Eck

Snoeien in de zomer dient om het gewas licht en lucht te geven en eventueel de fruitopbrengst te vergroten. Hieronder volgen enkele voorbeelden. De informatiebron voor dit stukje is het tijdschrift Gardeners’ World.

Zomerframbozen snoeien

Frambozen die in de zomer hun vruchten dragen, kun je het beste aan het einde van de zomer snoeien. Snoei dan de oude stengels die dit jaar hebben gedragen terug tot op de grond. Bind dan de jonge stengels aan hun steunstructuur.  De steundraden bevinden zich idealiter op 60, 120 en 180 cm.  Laat per meter 8 tot 10 sterke, jonge stengels staan die dikker zijn dan een potlood, en verwijder de rest van de jonge stengels. Breng een dikke laag compost op vochtige bodem aan rond de basis van de stengels zodat het vocht wordt vastgehouden.

Steenvruchtbomen snoeien

Als je steenvruchtbomen (zoals kers, pruim en nectarine) na de oogst snoeit, verlies je geen vruchten. Snoei bij voorkeur bij droog weer, om de verspreiding van schimmels te vermijden. Gebruik daarbij schoon en scherp gereedschap. Verwijder alle dode, zieke en elkaar kruisende takken. Snoei ook de verticaal omhoog groeiende takken en takken die richting de stam groeien. Ook twijgen die uit de stam groeien of opslag vanuit de bodem kan worden verwijderd. Verwijder in totaal niet meer dan zo’n 20 % van de levende takken van de boom. Dode takken worden hier niet bijgeteld.

Leifruit

Er zijn verschillende manieren om fruit te leiden:

  • Eén enkele stam die onder een hoek van ongeveer 45 graden staat. Deze heeft gelijkmatig verdeelde, korte vruchtsporen. Snoei in de zomer de zijscheuten terug tot op drie bladeren van de nieuwe aanwas. Als de hoofdscheut boven de hoogste draad uitkomt, kort deze dan in.
  • “Palmet”, dit is één hart tak met aan weerszijden 2 of meer paar “armen”. De zijtakken worden horizontaal langs steundraden geleid. Snoei deze zoals beschreven voor één enkele stam. Deze leivorm wordt gebruikt voor appel- en perenbomen.
  • Waaier. Rechte takken worden geleid in de vorm van een waaier vanuit een heel korte stam. Knip alle scheuten af die naar voren steken. Als de plant volwassen aan het worden is, verwijder dan oudere takken die vrucht hebben gedragen en bind jongere scheuten aan. Deze leivorm wordt gebruikt voor pruimen, kersen, perziken en vijgen.